top of page

Waren het wel vette dagen, daar in Rotterdam tijdens het IFFR van 2005? Lees en kom er achter.

​

​

​

​

0605, Theo van Gogh, Nederland 2004, 120 min.

 

Na de deels mislukte voorstudies IN HET BELANG VAN DE STAAT en DE ZAAK AALBERS maakt Van Gogh een voortreffelijk geschreven, met veel vaart gemonteerde en helder geregisseerde politieke thriller. Ik geloof geen seconde dat het echt zo gegaan is maar binnen de filmwerkelijkheid is alles zeer overtuigend. Achter de moord op Fortuijn steekt een groot complot waarin de AIVD (olv een amusant schmierende Jack Wouterse) een smerig spel speelt waarin een Turks-Nederlandse milieuactiviste (prachtige rol van Tara Elders) en een NRC-fotograaf (de als gewoonlijk vlak en matig spelende Thijs Römer) gemangeld worden. Een hoogtepunt in het helaas afgeronde oeuvre van Theo van Gogh.

****

 

 

2046, Wong Kar-wai, Hong Kong 2004, 129 min.

 

Heb de film eigenlijk niet op dit festival gezien maar al eerder. Wong combineert zijn hectische stijl uit de begindagen (CHUNGKING EXPRESS, FALLEN ANGELS) met de esthetische melancholie van IN THE MOOD FOR LOVE, en dat levert grandioze cinema op. Het s.f. gedeelte was me ondanks de heerlijke aanwezigheid van Faye Wong (zie achtergrondafbeelding) te veel, zonder dat zou de film compacter en beter zijn geweest. Aan de andere kant past het wel in de bedoeling van de filmmaker, maar misschien had ie naar een andere oplossing moeten zoeken? Maar wat zeur ik, een film met in de hoofdrollen de mooiste Chinese actrices (behalve Faye Wong ook nog Gong Li, Maggie Cheung, Carina Lau en Zhang Ziyi), die Tony Leung Chiu Wai boft maar.

****

 

 

AB-NORMAL BEAUTY, Oxide Pang, Hong Kong 2004, 97 min.

 

In de catalogus staat dat deze film het debuut is van Oxide Pang. Toch heeft in 2002 de film ONE TAKE ONLY (aka SOM AND BANK: BANGKOK FOR SALE) op dit festival gedraaid, die Oxide eveneens regisseerde zonder tweelingbroer Danny (samen verantwoordelijk voor BANGKOK DANGEROUS en THE EYE 1 & 2). In deze film worden ook de hoofdrollen gespeeld door een tweeling, Race en Rosanne Wong (die in het dagelijkse leven het zangduo 2R vormen). Beiden zijn hartsvriendinnen en houden van fotograferen. Maar eentje raakt geobsedeerd door het moment van de dood. En ze wordt vervolgens belaagd door iemand met dezelfde obsessie, die haar snuff-movies gaat opsturen. Hoewel de flitsende, esthetische stijl van de Pangs inmiddels bekend is, blijft het een lust voor het oog. Dat zijn die zusjes trouwens ook. De film blijkt uiteindelijk niet echt bijzonder.

**½

 

 

ANSHI (HUNTER), Serik Aprymov, Kazachstan 2004, 93 min.

 

Ik zag deze film terwijl ik al 7 dagen aan 1 stuk film aan het kijken was en dan valt het niet mee aandachtig te blijven voor dit soort films. Een coming-of-age film, een initiatie met legende-achtige trekjes op de Kazachse steppen. Wanneer ik met deze film het Festival was begonnen had ik hem beslist beter weten te waarderen.

**½

 

 

BEAUTIFUL BOXER, Ekachai Uekrongtham, Thailand 2003, 118 min.

 

Wel erg zoet en clichématig verteld verhaal over een jongen die eigenlijk een meisje wil zijn, ontdekt dat hij een goede kick-bokser is en met het geld dat hij hiermee verdient zijn ombouwoperatie wil betalen. Hij krijgt succes wanneer hij met make-up de ring gaat betreden. Wel sympathiek en zo, maar het begin, met die Christian Slater-achtige interviewer, suggereert dat we INTERVIEW WITH THE TRANSGENDER te zien gaan krijgen, en niet een film die zo bij Waargebeurde Verhalen op RTL4 kan.

**

 

 

BEEST ANGOSHT (20 FINGERS), Mania Akbari, Iran 2004, 73 min.

 

Mania Akbari is de vrouw die de auto bestuurde en de tien gesprekken voerde in Kiarostami’s TEN. In haar regiedebuut doet ze haar leermeesters onvolprezen film dunnetjes over. Hier een aantal gesprekken tussen een man en een vrouw (gespeeld door Akbari zelf) over relaties, (on)trouw, abortus, de mannelijke en vrouwelijke identiteit. Elk gesprek speelt zich ergens anders af (o.a. in een auto, skilift, restaurant, op een brommer) en elk gesprek gaat het om andere personages. De gesprekken zijn op zich interessant, maar de werkelijk abominabele videokwaliteit doet pijn aan de ogen.

**

 

 

BRØDRE (BROTHERS), Susanne Bier, Denemarken 2004, 110 min.

 

Misschien werd op het laatst net 1 knuffel te veel gegeven (de hele film was eigenlijk net aan de goede kant van het randje). Toch ook allemaal zeer zorgvuldig en afgewogen gedaan. En wat de film echt goed maakt zijn de sublieme acteerprestaties. Vooral de oudste dochter speelt fenomenaal, laat het beste acteerwerk van het Festival zien. En de truc om op momenten het geluid helemaal stil te laten vallen werkt adembenemend. Letterlijk.

****

 

 

CALVAIRE, Fabrice du Welz, België 2004, 94 min.

 

Na een optreden voor een groep enthousiaste bejaarde fans verdwaalt een volkszanger in de Ardennen en overnacht in een herberg. De eigenaar ziet hem aan voor zijn overleden vrouw en laat hem niet meer gaan. Wanneer de dorpelingen (3e generatie inteelt) hem ‘ontzetten’ raakt hij echter van de regen in de drup. Een soort DELIVERANCE maar geen moment serieus te nemen, eerder grappig dan eng en angstaanjagend. Ach, trad Frans Bauer maar eens op in de Ardennen.

**

 

 

CASSHERN, Kazuaki Kiriya, Japan 2004, 142 min.

 

Science fiction heeft zo zijn eigen logica; Japanners hebben zo hun eigen logica. Dus is het niet meer dan logisch dat je af en toe de draad kwijtraakt, om uiteindelijk tot de conclusie te komen dat het eigenlijk een heel dun verhaaltje is. De beelden mogen er echter zijn, refererend aan sovjet-expressionisme, Albert Speer en Pink Floyds Another Brick In The Wall. Wat ontzettend jammer dat alles zo onscherp en plat is, de kleuren blurry, en de close ups van mensen niet om aan te zien. Dat alles natuurlijk dankzij de digitale techniek. Deze film gaat toch over de plaatjes? Zorg dan dat het er mooi uitziet en neem een paar goede tekenaars en decorbouwers in dienst. Dat had in elk geval het dubbele aantal sterren opgeleverd.

**

 

 

CLEAN, Olivier Assayas, Frankrijk/ Verenigd Koninkrijk/ Canada 2004, 110 min.

 

De mooiste soundtrack van het Festival, met veel Eno en Maggie Cheung die al zingend Hope Sandoval doet vergeten onder begeleiding van inderdaad David Roback (Mazzy Star). Cheung speelt een verslaafde rockzangeres die probeert haar leven weer op de rails te krijgen om haar zoontje niet te verliezen, die na de OD van haar man opgevoed wordt door diens ouders, met een prachtig acterende Nick Nolte. Ook Cheung speelt geweldig, en hoewel het scenario op punten beter had gekund, een mooie en ontroerende film van Assayas. Wie had dat ooit van hem verwacht? Wie had dat ooit verwacht van mij, die ooit de Olivier Assayas Award instelde voor de slechtste film van het IFFR?

***

 

 

LE CONSEGUENZE DELL’ AMORE, Paolo Sorrentino, Italië 2004, 100 min.

 

Na een mislukte deal is een financieel adviseur in de macht van de Cosa Nostra gekomen. Hij heeft zijn gezin moeten opgeven en woont in een hotel in Zwitserland, waar hij op gezette tijden een koffer met geld naar de bank moet brengen. Hij heeft afstand gedaan van het leven, totdat hij zijn levensvreugde hervindt door een mooie blauwogige werkneemster van het hotel. Gelaten, beheerst verteld, bijna filosofisch misdaadverhaal.

***½

 

 

COOL, Theo van Gogh, Nederland 2004, 89 min.

 

Als docu over ontsporende, voornamelijk allochtone jongeren en de Glenn Mills School wel interessant. Als speelfilm (met een ongelooflijk beroerd acterende Johnny de Mol en een ook niet beste Katja Schuurman) allerbelabberdst. En laten we hopen dat minister Gerrit Zalm niet een acteercarrière gaat ambiëren, want hij is hilarisch slecht.

 

 

DAREMO SHIRANAI (NOBODY KNOWS), Kore-Eda Hirokazu, Japan 2004, 141 min.

 

Je moet aannemen dat kinderen in de leeftijd tussen 5 en 12 altijd braaf en voorbeeldig blijven, ook al zijn ze aan hun lot overgelaten. Een wel zeer onwaarschijnlijke premisse, maar je gaat er vrij gemakkelijk in mee, zeker als duidelijk wordt dat de regisseur een ander verhaal wil vertellen dan de anders zo onvermijdelijke drein- en treiterscènes. De zoon van 12 ontpopt zich als de verantwoordelijke terwijl zijn iets jongere zusje in apathie vervalt in haar verlangen naar de verdwenen moeder. Accepteer je de premisse, dan zie je een formidabel geacteerd, prachtig en ontroerend portret van 4 kinderen die zich zonder volwassenen staande proberen te houden in de grote stad.

****

 

 

DASTANEH NATAMAN (STORY UNDONE), Hassan Yektapanah, Iran 2004, 83 min.

 

Twee documentairemakers willen een groep die naar Irak wil vluchten volgen, maar ze worden erg vijandig behandeld. Als ze echter de vluchtelingen uit handen van de grenspolitie redden worden ze wel geaccepteerd. Op momenten  is de film erg grappig, maar hij eindigt in diepe mineur wanneer de meesten bij het oversteken van de grens worden doodgeschoten. Niet onaardig, maar allemaal al eens eerder gedaan, en beter.

**½

 

 

LE DERNIER JOUR, Rodolphe Marconi, Frankrijk 2004, 110 min.

 

De 4e dag van het Festival en al totaal in verwarring: op de verkeerde tijd in de verkeerde zaal bij de verkeerde film. Toch maar blijven zitten en gekeken naar een op het oog degelijke en mooie maar niet zo bijzondere film. Maar het leek wel zo voorbestemd, want het was alsof ik naar mezelf zat te kijken. Niet dat ik trouwens ook maar iets zelf ooit meegemaakt heb (van wat zich in de film afspeelde bedoel ik). Je bent een jong volwassene, je ontmoet onderweg naar huis in de nachttrein een leuk meisje, je neemt haar mee en voor de buitenwereld - zelfs voor je ouders – vorm je een paar. Je slaapt in 1 bed maar je slaapt niet met elkaar. De jongen, in zichzelf gekeerd en zich totaal met haar verbonden voelend, begrijpt niet waarom niet. Het meisje, een stuk losser in de omgang en zich ook totaal verbonden voelend met hem, weet wel de ware aard van hun verbondenheid, maar laat hem onwetend. (Zij is namelijk zijn halfzus. Er is altijd wel een reden.) geen grote gebaren, geen romantiek. Wel veel dagelijkse realiteit, kleine gestes, en veel melancholie. Nooit de juiste persoon op het juiste moment op de juiste plaats. Dat was ik nu dus wel.

****

 

 

DETOUR, Edgar G. Ulmer, Verenigde Staten 1945, 67 min.

 

Ik ben een groot liefhebber van Film Noir en heb er zo’n 60 op video, waaronder deze. Maar dat ontdekte ik pas toen ik weer thuis mijn videolijst er op nasloeg. Het is het beetje het archetype van de vroege film noir, en alle klassieke elementen zijn aanwezig: de voice over vol wisecracks, de onschuldige antiheld die door karakterzwakte in de problemen komt, de femme fatale. Vanuit het heden bezien dus volstrekt voorspelbaar en ik heb (understatement) wel eens beter acteerwerk gezien in het genre, toch een ervaring om zo’n film op het grote scherm te zien. Zelfs al werd ‘ie widescreen vertoond in plaats van op academyformaat. Wat een blamage van het festival trouwens.

***½

 

 

L’ÉCLAT DU MAL, Louise Bourque, Canada 2005, 6 min.

 

Anti-oorlogsstatement door middel van een abstract filmpje, bijna een bewegend schilderij. Veel beeldlagen waarbij de bovenste die van wilde rode verfstreken is en de onderste oude zwartwitte familiefilmpjes. Op de geluidsband een verstikte stem die dingen zegt die ik niet versta, maar op zo’n manier opgenomen en uitgesproken dat de angst en horror bijna voelbaar is. Huiveringwekkend & indrukwekkend.

***

 

 

ENDURING LOVE, Roger Michell, Verenigde Koninkrijk 2004, 100 min.

 

Die Daniel Craig schiet echter als een komeet omhoog. Vorig jaar in de theaters te zien in SYLVIA en THE MOTHER, nu naast de als altijd formidabele maar helaas wat op de achtergrond gehouden Samantha Morton. Een film naar een boek van Ian McEwan over schuldgevoel, religieuze obsessie en stalken. Degelijk gespeelde, serieuze vragen stellende film die me echter op cruciale momenten in de steek liet.

***

 

 

DIE FETTEN JAHRE SIND VORBEI (THE EDUKATORS), Hans Weingartner, Duitsland 2004, 126 min.

 

Er is dus weer iemand op het belazerde idee gekomen om zo’n prachtige titel te veranderen. Alsof we geen Duits meer kunnen lezen. Maar dat terzijde, want die Duitsers spelen het weer klaar! Al in 2003 draaiden we hier meer Duitse dan Franse titels, en met FETTEN JAHRE presteren onze buren het weer om een intelligente, grappige, geëngageerde en lekkere film te maken.

***½

 

​

FIVE, Abbas Kiarostami, Iran 2004, 74 min.

 

Heeft Kiarostami nu het absolute anti-meesterwerk gemaakt? Want het enige dat met deze film bedoeld kan worden is: ga naar buiten, ga naar de zee, snuif de werkelijkheid op, voel het kleffe zand, ruik de wind, proef het zout op je lippen, luister naar de branding. En inderdaad, sommige van de meest verlichte momenten in mijn leven beleefde ik zo. Ik zou zelfs bereid zijn geweest de hele film uit te zitten om naar deze statische shots van de zee te kijken, als het mooie beelden waren geweest, maar deze oerlelijke videoplaatjes van 15 minuten per shot deden me verlangen naar de real thing, want dit is geen plaatsvervangend beleven.

0

 

 

FOLIE PRIVÉE, Joachim Lafosse, België 2004, 67 min.

 

Wanneer een vrouw met haar zoontje arriveert in het vakantiehuis blijkt tegen alle afspraken in de ex er nog te zijn. Volgt een zenuwslopende dag, met een man die gaandeweg elke controle verliest, en het zoontje dat op en neer geslingerd wordt tussen zijn liefde voor zijn vader en en zijn moeders angst voor diens waanzin. Met alweer grandioos acteerwerk van het kind, een van de constanten op dit Festival.

***½

 

 

ET HÅL I MIIT HJÄRTA (A HOLE IN MY HEART), Lukas Moodysson, Zweden 2004, 98 min.

 

Goede bedoelingen maken nog geen goede film. De film is in kwaadheid gemaakt, maar Moodysson is vergeten ervoor te zorgen dat die kwaadheid (over exploitatie, de consumptiemaatschappij, over het vrouwenlichaam als lustobject) ook overkomt bij de kijker. Dat lukte wel bij LILYA 4-EVER, een film waardoor ik nog steeds alleen door er aan te denken al van slag raak, maar deze film verveelde me, het deed me helemaal niets. Ja, soms walgde ik (maar dat waren de scènes waarin eten voorkwam, en wanneer hij in haar mond kotst), maar verder dacht ik: Och, ze doen maar, het zal me worst wezen. En dat zal toch de laatste reactie zijn die hij beoogt: onverschilligheid.

*

 

 

HOTEL, Jessica Hausner, Oostenrijk 2004, 78 min.

 

Je zou kunnen zeggen dat een horrorfilm uit Oostenrijk een pleonasme is. Bijna elke scène refereert aan bekende horror (LE LOCATAIRE, THE SHINING, TWIN PEAKS, BLAIR WITCH PROJECT eva), maar Hausner doet nergens iets mee. Geweldig zoals ze een film maakt die van begin tot eind naargeestig en onheilspellend spannend is, terwijl er helemaal niets gebeurt.

***½

 

 

INNOCENCE, Lucile Hadzihalilovic, Frankrijk 2004, 110 min.

 

De film wordt niet in een context met de werkelijkheid geplaatst, en in het begin wordt gesuggereerd dat dit het leven na de dood is. Een soort kostscholl staat voor het collectief onderbewuste van prepuberale meisjes in witte kleren die spelen, zwemmen, door het bos wandelen. Toch, door de constante aanwezigheid van monotoon machinegeluid op de achtergrond, heeft de film ook een onbestemd dreigende component. Jammer dat dit ongrijpbare verhaal soms wordt onderbroken door wel erg vette symboliek als vlinders en spuitende fonteinen. Op een vreemde manier tegengesteld én verwant aan het werk van Hadzihalilovic’ echtgenoot Gaspar Noé (IRRÉVERSIBLE).

***½

 

 

L’INTRUS, Claire Denis, Frankrijk 2004, 130 min.

 

Een van de constanten van het IFFR is voor mij Yekaterina Golubeva. En hoewel ze hier maar een bijrol speelt was het fijn haar te zien. Met L’INTRUS maakt Denis haar meest hermetische film tot nu toe en hoewel veel onbegrijpelijk is en blijft, fascineert de film van begin tot einde. Uiteindelijk gaat het over een oude man die illegaal een nieuw hart krijgt, contact zoekt met zijn zoon in Tahiti, maar daarvoor (zonder zich ervan bewust te zijn) zijn andere zoon in Frankrijk, die naar zijn vaders liefde hunkert maar die nooit gekregen heeft, letterlijk opoffert.

***½

 

 

IVAN DURAK (IVAN THE IDIOT), Alexander Doulerain & Sergey Koryagin, Rusland 2002, 90 min.

 

Alles is grotesk, overdreven en heel erg camp in deze film: decors, acteren, scenario. En  hoewel je je kunt voorstellen dat cast & crew erg veel plezier hebben gehad tijdens het maken, heb ik niet veel plezier beleefd tijdens het kijken. Daarvoor is de film nu net weer te braaf.

 

 

IZO: KAOSE MATAHA FUJORI NO KIJIN, Miike Takashi, Japan 2004, 128 min.

 

Na een uur aan 1 stuk door extreem bloederige zwaardgevechten had ik het wel gezien. Zoals altijd bij films van Miike een uitgelaten publiek, een heel ander publiek dan je verder op het Festival ziet.

Het voorfilmpje van filmmaker-in-focus Anri Sala was dan ook niet aan hen besteed en werd begeleid door luid praten en gejoel. Toen ik hetzelfde filmpje (TIME AFTER TIME) nog eens zag bij een andere film bleef het tenminste wel rustig in de zaal.

*

 

 

LAKPOSHTA HAM PARVAZ MIKONAND (TURTLES CAN FLY), Bahman Ghobadi, Iran 2004, 98 min.

 

Het leven in een Koerdisch vluchtelingenkamp in Irak aan de Turkse grens. De kinderen runnen de show, vooral de 15-jarige Satellite. Dan arriveert een bloedmooi meisje met haar armloze broer en een 3 jaar oud kind. Film met humor, veel vaart maar ook erg veel pijn. Onverdraaglijke pijn zelfs. De kinderen spelen werkelijk onbeschrijflijk goed.

****

 

 

LAND OF PLENTY, Wim Wenders, Verenigde Staten/ Duitsland 2004, 119 min.

 

Analyse van de Amerikaanse state of mind (en voor hetzelfde geld de Nederlandse) na 11 september. Vietnamveteraan denkt bij de veiligheidsdienst te werken, patrouilleert op straat en meldt alle verdachte bewegingen van Arabieren aan… zichzelf. Hij denkt een aanstaande terroristische aanslag op het spoor te zijn, maar het blijkt allemaal totaal anders in elkaar te zitten en iets onschuldigs te zijn. Dat levert wel een leuke scène op wanneer hij tot de tanden bewapend een huis binnenvalt waar een oude zieke vrouw ligt die zich erover beklaagt dat haar afstandsbediening niet werkt. Het had allemaal wat compacter verteld kunnen worden, en het feit dat de film digitaal is opgenomen maakt het bepaald geen feest om met name naar de landschapsopnames te kijken, toch is het Wenders’ beste film sinds IN WEITER FERNE, SO NAH!

***

 

 

LU MAO ZI (THE GREEN HAT), Liu Fendou, Hong Kong 2003, 110 min.

 

Onderzoek naar liefde en (on)trouw in een film die zich verrassend ontwikkelt. Diep doorleefde film die zowel erg leuk als hartverscheurend is.

****

 

 

MASJÄVLAR (DARLECARLIANS), Maria Blom, Zweden 2004, 98 min.

 

Jonge vrouw keert terug vanuit Stockholm en haar drukke baan als systeembeheerder, naar het dorp waarin ze opgroeide, om de verjaardag van haar vader te vieren. Op het feest komen alle jarenlange geheimen, frustraties en irritaties bij alle aanwezigen bovendrijven. Dat lijkt en is een beetje te veel van het goede, maar levert niettemin een film op die zo-zo begint maar gaandeweg beter wordt en toch enkele grappige, ontroerende en schrijnende situaties oplevert. En je doet realiseren dat je ook met de beste bedoelingen anderen erg pijn kunt doen, om maar te zwijgen over onverschilligheid en blijven hangen in de zekerheden van wat ooit was.

***

 

 

NEMMENO IL DESTINO, Daniele Gaglianone, Italië 2004, 110 min.

 

Loodzwaar drama over twee boezemvrienden, van wie de een een vader heeft die invalide is geworden door vergiftiging op de fabriek en aan de alcohol geraakt, terwijl de moeder van de ander het spoor bijster is geraakt na als jong meisje jarenlang door priesters te zijn misbruikt. Ook de situatie van de jongens is zo troosteloos en uiztichtloos dat je als kijker bijna stikt. Allen zijn het slachtoffer van hen voor wie het individu van geen enkel belang is, en je kunt het meedogenloze kapitalisme en het hypocriete katholicisme (maar dat zijn allebei pleonasmen) niet hard en vaak genoeg aanpakken, maar wat meer lucht had de film goed gedaan, want de regisseur laat wel zien dat hij kan filmen.

**½

 

 

LA NIÑA SANTA, Lucrecia Martel, Argentinië 2004, 106 min.

 

Mogelijk heeft een fysiek ongemak tijdens het kijken de waardering beïnvloed (een overvolle blaas), maar ik vond het warrig, saai, humorloos en totaal zonder enig elan verteld. Terwijl ik na het prachtige LA CIÉNAGA en met een Roxane Mesquida look-a-like in de hoofdrol wel wat verwachtte.

**

 

 

TARFAYA, Daoud Aoulad Syad, Marokko 2004, 97 min.

 

Jonge vrouw komt aan in Marokkaans kustplaatsje om illegaal naar Spanje te gaan. de hele plaatselijke bevolking is in de weer met de potentiële vluchtelingen, hetzij als mensensmokkelaars, hetzij als onderdakbieders – ook aan degenen die de oversteek nooit gemaakt hebben, hetzij als bestrijders. De vrouw krijgt hulp van een oude politieagent, eigenlijk de enige die niet misbruik maakt van de vluchtelingen. Maar zelfs dat garandeert haar veiligheid niet. heel kalm, mooi verteld verhaaltje dat somberder is dan je beseft terwijl je aan het kijken bent.

***½

 

 

VEERE, David Lammers, Nederland 2005, 10 min.

 

Een deel uit de serie Gedichten Uit Zee, maar juist het gedicht is volstrekt dubbel op. Had het bij de beelden gelaten, met passende (of juist niet) geluidsband, eventueel muziek, en het was een erg mooi, poëtisch filmpje geworden.

**

 

 

VITAL, Tsukamoto Shinya, Japan 2004, 83 min.

 

Na een ongeluk raakt een jongeman zijn geheugen kwijt. Tijdens zijn studie medicijnen krijgt hij bij anatomieles, zonder het zelf te weten, zijn door datzelfde ongeluk omgekomen vriendin op de snijtafel. Langzaam komen de beelden van hun twee bij hem boven, maar het blijken geen herinneringen te zijn, maar gebuertenissen die plaatsvinden in een parallel soort leven. De film is maar half zo macaber als ‘ie klinkt, is zelfs vertederend. Heel anders dan zijn vorige films (GEMINI, SNAKE OF JUNE).

***½

 

 

YASMIN, Kenny Glenaan, Verenigd Koninkrijk 2004, 86 min.

 

Na deze film vraag je je echt af waarom zo weinig moslims in het westen zich hebben afgekeerd van onze maatschappij. Maar mogelijk is de schade die na 11 september is aangericht door totaal buitenproportioneel optreden van overheid en idem reacties van de autochtone bevolking nog niet helemaal uitgekristalliseerd. Europa zal nog buitegsporige inspanningen moeten verrichten om van ons deel van de wereld weer een prettige samenleving te maken voor alle bewoners. Dat niet alles te wijten is aan het slachtofferdenken van moslims laat deze film zien door als hoofdrolspeelster een zelfbewuste en maatschappelijk actieve vrouw te nemen, die geïntegreerd als ze is, na 9/11 noodgedwongen meer en meer een moslimidentiteit aanneemt.

***½

 

​

YUGOTRIP, Nadya Derado, Duitsland 2003, 85 min.

 

De naar Duitsland gevluchte Kroaat Dejan is nog steeds getraumatiseerd door de oorlog daar. Zijn vrienden van toen leiden hem als het ware. Hij drinkt zwaar en leeft op extreme manier voor de kick. En dan een lief Duits meisje ontmoeten, dat valt niet mee. En terwijl je zo zit te kijken en denkt: wat een enorme ellende heeft die oorlog aangericht, dat gaat nog voor problemen opleveren (dat doet het trouwens al), blijkt dat deze Dejan geen slachtoffer is maar dader. En slaat alle sympathie en medelijden om in afkeer. Ook trouwens bij het meisje en bij de oude Joegoslaaf bij wie hij inwoont en die hem de deur uit zet. Toch, dader of slachtoffer: volstrekt onvoorspelbare wandelende tijdbommen lopen er rond.

***

 

​

ZWARTE ZWANEN, Collette Bothof, Nederland 2005, 88 min.

 

Ik vind Carice van Houten leuk. Een goede actrice en erg leuk om te zien en erg interessante rolkeuze. Maar deze middelbareschoolvariant op BETTY BLUE is wel erg tenenkrommend slecht. Het begin: onderwateropnames van Carice in een zwembad; volgend shot komt ze uit zee. Ze zit aan het strand met niks bij zich maar als Dragan Bakema haar vervolgens meeneemt op de scooter terug naar de bewoonde wereld zijn we wel 10 minuten onderweg. En zo wordt de hele film fout op fout gestapeld. Het sterretje is voor dat sporadisch sprankelende moment. Je kunt je eigen film natuurlijk niet helemaal afvallen, dus de uitspraak tijdens Wilfried de Jongs Late Show dat het niet zo goed was zegt meer dan genoeg.

*

 

 

FILMMAKER IN FOCUS: BENOÎT JACQUOT

 

 

ADOLPHE, Frankrijk 2002, 102 min.

 

Bohemien wordt verliefd op maîtresse van graaf. Wanneer hij haar voor zich gewonnen heeft verliest hij interesse. Zij geeft daarentegen alles op voor hem: kinderen, leven in een kasteel, de aristocratische kringen. Hij blijft aan haar hangen om redenen die alleen een 19e eeuwer kan begrijpen. Wanneer zij uiteindelijk sterft beseft hij nooit meer van haar los te zullen komen. Traag en saai met als pluspunt Isabelle Adjani die tegen alle verwachting in (zie haar verleden vol hysterische personages en deze rol leent zich perfect voor zo’n invulling) mooi ingetogen speelt. Jacquot maakt toch frisse hedendaagse films als LA FILLE SEULE?

 

 

LA DÉSENCHANTÉE, Frankrijk 1990, 78 min.

 

Wanneer het vriendje van de 17-jarige Beth (gespeeld door Judith Godrèche, die hier op een minder strenge uitvoering van Sandrine Bonnaire lijkt) suggereert dat ze met andere jongens moet slapen, hoe lelijker des te liever, heeft ze het wel gezien met hem. Haar moeder is bedlegerig en stuurt er op aan dat ze slaapt met de oude man die haar onderhoudt om de geldstroom niet te laten opdrogen. Ze ontmoet een volwassen man, met wie ze over poëzie filosofeert. Geen echt plot, meer een portret van een meisje op het punt volwassen te worden en de volwassen wereld te gaan begrijpen. Hoewel de uitwerking heel anders is doet Jacquot dit gegeven vijf jaar later met LA FILLE SEULE nog eens over.

***

 

 

L’ÉCOLE DE CHAIR, Frankrijk 1998, 105 min.

 

Een welgestelde vrouw van middelbare leeftijd beleeft een amour fou met een charmante jongeman die zijn geld verdient als hoer. Hij is gesteld op zijn vrijheid, zij wil hem redden. Dan raakt hij verliefd op de dochter van een vriendin van haar. De film eindigt op soortgelijke wijze als LA FILLE SEULE en draait helemaal om Isabelle Huppert en terwijl ik aan het kijken ben realiseer ik me dat ik haar al vanaf het prille begin (LES VALSEUSES uit 1974 was mijn eerste, als tiener) zie acteren, en verliefd op haar ben. Zij was toen, als jong meisje, mijn schoonheidsideaal, en nu als vrouw van in de vijftig eigenlijk nog steeds. Niet voor niets lijkt de vrouw met wie ik de afgelopen jaren een soort van relatie heb gehad best wel op haar.

Niet tijdens het Festival gezien maar als napret op de bank (opnieuw) gekeken toen ik weer thuis was.

***

 

 

LA FAUSSE SUIVANTE, Frankrijk 1999, 90 min.

 

Stijve en oersaaie toneelverfilming. Het verhaal gaat over bedrog en dubbelbedrog in adellijke kringen, zoals zoveel van die toneelstukken uit de 18e eeuw. Omdat er werkelijk aan 1 stuk door werd gepraat, heb ik het lezen van de ondertiteling snel opgegeven en verder vertrouwd op mijn (gebrekkige) kennis van het Frans, om in elk geval nog te kunnen kijken naar de plaatjes, en naar Sandrine Kiberlain en Isabelle Huppert.

*

 

 

LA FILLE SEULE, Frankrijk 1995, 90 min.

 

“Hoe doe je dat, niet uit elkaar gaan?” zegt Virginie Ledoyen tegen haar (bijna ex-)vriendje Benoît Magimel. Ze is afwisselend stuurs, nors, lief & voortdurend in beeld, en dat is bepaald geen straf. Pretentieloos, klein gehouden en intiem portret van een meisje alleen. Niet tijdens het Festival gezien maar als voorpret thuis op de bank (opnieuw) gekeken op de avond voordat ik naar Rotterdam vertrok.

***½

 

​

PAS DE SCANDALE, Frankrijk 1999, 103 min.

 

Na een gevangenisstraf vanwege corruptie keert een steenrijke zakenman terug in de maatschappij maar hij past er niet meer tussen. Zijn ogen zijn als het ware geopend en liever dan weer om te gaan met zijn broer de tv-presentator en zijn koele manipulatieve vrouw, probeert hij contacten aan te knopen met de kapster van zijn vrouw, en haar vriend met wie hij in de bak heeft gezeten. Perfecte rol voor een zeer lucide spelende Fabrice Luchini, en Isabelle Huppert laat zich van haar ijzigste kant zien.

***

 

 

FILMMAKER IN FOCUS: YEVGENY YUFIT

 

BIPEDALISM, Rusland/ Nederland 2005, 90 min.

**½

DEREVYANNAYA KOMNATA, Rusland 1995, 65 min.

*

KNIGHTS OF HEAVEN, Rusland 1989, 25 min.

***

 

De vreemde, absurde necro-realistische wereld van Yufit, waarin lelijke mannen met broeken tot halverwege hun kont rondlopen als zombies, prepuberale jongens en niet (de slechts sporadisch voorkomende) vrouwen het object van lust vormen, moord en zelfmoord vanzelfsprekende bezigheden zijn, wetenschappers hybride vormen tussen mens en dier creëren, de esthetiek van de lelijkheid geldt: iedereen draagt vuile kleren en vaak hebben mensen zwart omrande ogen, zelfs die jonge jongens. BIPEDALISM heeft nog iets van een verhaal, overigens zonder dat dat afgewikkeld wordt.

 

 

FILMMAKER IN FOCUS: ANRI SALA

 

GHOSTGAMES, Frankrijk/ Brazilië 2002, 9 min.

NOW I SEE, Frankrijk 2004, 9 min.

TIME AFTER TIME, Frankrijk/ Mexico 2004, 6 min.

UOMODUOMO, Frankrijk/ Italië 2001, 2 min.

***½

 

Ik zag de korte filmpjes van de Albanese kunstenaar Anri Sala telkens als voorfilmpje bij een hoofdfilm, twee ervan zag ik zelfs twee keer. Ik kwam er overigens pas na het Festival, de catalogus doorbladerend, achter om welke filmpjes en welke maker het ging, want de filmpjes werden onaangekondigd en zonder credits vertoond. Dus begon ik telkens met de gedachte dat dit de eerste scène van de film was waarvoor ik in de zaal zat. Dus elke keer was een ontregelende ervaring. Hoewel ik bij de films die ik voor de tweede keer zag in het begin dacht, niet alweer, toch weer gefascineerd zitten kijken. Bij NOW I SEE zie je op de achtergrond een band op het podium spelen, maar de camera volgt een ondefineerbaar figuur in het duister op de voorgrond. Minuten zit je te kijken en je hebt geen idee wat het is, wat de proporties van het voorwerp zijn, hoe die driedimensionaal in de omgeving past, of het misschien een insert is. Je kunt het totaal niet plaatsen. En langzaam begin je gek te worden: ik wil weten wat het is! NU! En dan: Now I See, het is een ballon in de vorm van een hond. Je kunt weer relaxed achterover in de rugleuning zakken en je brein komt tot rust. En je hebt een paar reuzespannende minuten beleefd.

bottom of page