top of page

Mijn filmverslagjes van IFFR 2007, zoals opgetekend in het LFC-boekje ANTENA

 

 

12:08 EAST OF BUCHAREST, zie: A FOST SAU N-A FOST?

 

A FOST SAU N-A FOST? (12:08 EAST OF BUCHAREST), Corneliu Porumboiu, Roemenië 2006, 89 min., Filmmuseum

 

Journalist bij een lokale omroep wil reconstrueren of de revolutie van 22 december 1989 ook in zijn stad plaatsvond of dat de mensen pas na 8 minuten over 12, toen Ceausescu al gevlucht was, de straat op gingen. Het is een frisse en humoristische film geworden over de post-communistische kater, en over mythevorming. De tv-uitzending zelf duurt te lang, dan is op een gegeven moment het punt wel gemaakt.

***

 

ALS EEN VLIEG NAAR DE VLAM, BarBara Hanlo, Nederland 2007, 62 min.

 

19e eeuwse Haagse dame van stand vindt het leven hier maar saai en gaat op expeditie naar Afrika, omgeving Egypte en Soedan. Wel gaat de hele familie mee en alle huisraad, meubilair enz., waarvoor zo’n 200 Afrikanen en 100 kamelen nodig zijn om alles te dragen. Aan de hand van haar brieven en foto’s (ze was zelf verwoed fotografe) wordt het verhaal verteld, waarbij ze blijk geeft van verrassend verlichte ideeën over slavernij en het Afrikaanse “ras”.

***

 

ANCHE LIBERO VA BENE, Kim Rossi Stuart, Italië 2006, 108 min., Cinemien

 

Hoe als jongen van 11 te overleven in een disfunctionele familie: moeder labiel en behept met een onverzadigbare kut zoals vader fijntjes uitlegt aan zoonlief, vader gezegend met angstaanjagende woede-uitbarstingen. Beiden zijn wel van goede wil, en gelukkig is er ook nog het pesterige maar wel lieve puberzusje. Af en toe een beetje spelend op de sentimenten, maar formidabel en levensecht geacteerd. Je hebt oprecht te doen met die kinderen.

***½

 

LES ANGES EXTERMINATEURS, Jean-Claude Brisseau, Frankrijk 2006, 100 min.

 

Brisseau werd na de opnames van CHOSES SECRÈTES door actrices beschuldigd van misbruik tijdens de screentest. Deze film is een soort zelfrehabilitatie. De regisseur is naïef en integer en overschrijdt juist daardoor grenzen en maakt fouten die hem duur komen te staan. Daartegenover staan de actrices: gestoorde manipulators. Ik heb de neiging aan de kant van die mooie blote vrouwen te staan, want er zit een vies smaakje aan Brisseaus zelfverklaarde oprechtheid en naïviteit. Mocht je Brisseau onvoorwaardelijk geloven, of ware de film pure fictie geweest, zou je mogelijk tot een heel andere waardering kunnen komen. Dan deed Catherine Breillat het een paar jaar geleden met SEX IS COMEDY toch beter; zij durfde zichzelf tenminste ter discussie te stellen.

**

 

ANTONIA, Tata Amaral, Brazilië 2006, 90 min.

 

Vier achtergrondzangeressen besluiten hun eigen hiphopgroep te beginnen. Het verhaal is vreselijk cliché, simpel en irritant schematisch. Dat het toch een plezierige film is geworden komt door de charme van de meisjes, hun geweldige stemmen en een paar prachtige scènes. Hoogtepunt is wanneer ze Killing me Softly zingen, zo mooi, en hun stemmen passen volmaakt samen.

***

 

BAMAKO, Abderrahmane Sissako, Frankrijk/ Mali/ Verenigde Staten 2006, 115 min., A-Film

(achtergrondfoto van deze pagina)

​

Op een binnenplaats van een huizenblok in Bamako, de hoofdstad van Mali, is een rechtszaal ingesteld; Malinese burgers klagen de Wereldbank en het IMF aan omdat zij door de enorme schulden opgelegd aan Afrikaanse landen deze landen frustreren in hun ontwikkeling. Dat, wil het ooit nog iets worden met Afrika, iets aan deze schuldenlast gedaan moet worden. De plaatsing van deze rechtszaal is een briljante zet van Sissako: tijdens de rechtszaak gaan de bewoners van de omliggende huizen gewoon verder met hun dagelijkse leven, waarmee Sissako als het ware aangeeft dat dit geen abstract probleem is van regeringen, maar iets wat elke Afrikaanse burger direct in zijn dagelijkse leven aangaat en raakt. Onder andere zien we een nachtclubzangeres (gespeeld door Aïssa Maïga, wier adembenemende schoonheid vorig jaar al opviel in CACHÉ, ondanks het piepkleine rolletje toen, en die ook nog prachtig blijkt te kunnen zingen) die worstelt met een ziek kind en het huwelijk met een werkloze man dat spaak is gelopen. Hoogtepunt van de film is wanneer de oude man die in het begin de mond wordt gesnoerd omdat de protocollen het niet toe staan, op het laatst in een minutenlange klaagzang uitbarst. Niemand verstaat hem maar iedereen weet precies wat hij bedoelt.

****

 

 

BELLE DE JOUR, Luis Buñuel, Frankrijk/ Italië 1967, 101 min., Filmmuseum

 

Frigide Catherine Deneuve verliest zichzelf in sadomasochistische fantasieën, en komt uit nieuwsgierigheid terecht in bordeel. Michel Piccoli speelt een heerlijke rol als vileine huisvriend die Deneuves geheim ontdekt. Zoals altijd is Buñuel een meester in het ontmaskeren van burgerlijke hypocrisie (de kerk speelt vreemd genoeg - gezien het zeer katholieke onderwerp - geen rol deze keer) en Deneuve en Piccoli zijn perfect gecast. Doordat de fantasieën duidelijk te onderscheiden zijn van de werkelijkheid is de film minder surrealistisch dan bijvoorbeeld LE CHARME DISCRET DE LA BOURGEOISIE uit dezelfde periode, hoewel de eindscène je toch nog in verwarring achterlaat.

****½

 

BLED NUMBER ONE, Rabah Ameur-Zaïmeche, Algerije/ Frankrijk 2006, 100 min., A-Film

 

Een dorp aan de Algerijnse kust. Verhaal draait om een vrouw die door haar man het huis is uitgezet en met zoontje terugkeert naar haar familie, die haar niet accepteert; en om een man die Frankrijk is uitgezet en door zijn oude dorp niet meer wordt geaccepteerd. Sombere film over de clash tussen traditie en moderne ideeën die met een radicale hermontage best nog goed kan worden.

**

 

BOLI LI? PRVTA BALKANSKA DOGMA (DOES IT HURT? THE FIRST BALKAN DOGMA), Aneta Lesnikovska, Macedonië/ Nederland/ Kosovo 2007, 98 min.

 

Door een programmawijziging die ik niet had opgemerkt kwam ik bij deze film terecht. Dacht eerst nog dat het een voorfilmpje was maar na 10 minuten begon het te dagen. Charme kan de hoofdrolspeelster (die regisseur Aneta Lesnikovska speelt) niet ontzegd worden, maar verder een irritant vervelend egodocument van mensen die zichzelf veel te belangrijk vinden. Was wellicht als eerste Dogmafilm verfrissend geweest, nu, om 10 jaar Dogma te vieren, verspilling van tijd.

*

 

DARATT (DRY SEASON), Mahamat-Saleh Haroun, Frankrijk/ Tsjaad/ België/ Oostenrijk 2006, 90 min., A-Film

 

Jongeman krijgt van opa een geweer om zijn vermoorde vader te wreken. De moordenaar blijkt inmiddels een hard werkende, deugdzame en gelovige bakker te zijn, die hem in dienst neemt als leerling. Tussen de twee mannen ontstaat een vader - zoon of leraar – leerling verhouding, ongemakkelijk omdat beiden moeilijke karakters hebben maar ook omdat de jongen verliefd wordt op de bakkersvrouw. Wat opvalt is de totaal andere man - vrouw verhouding in Tsjaad (overigens ook in veel andere islamitische landen in zwart Afrika) dan in de Arabische wereld. Rustig verteld, prachtig geënsceneerd verhaal over verzoening.

****

 

DAY NIGHT DAY NIGHT, Julia Loktev, Verenigde Staten 2006, 94 min.

 

Puur formeel benaderd verslag van de voorbereidingen van een zelfmoordaanslag op Time Square, NY. We komen niets te weten van de motieven van de jonge vrouw, waarom ze haar leven offert. Is ze suïcidaal en laat ze zich voor een karretje spannen? Wordt ze gechanteerd en offert ze zichzelf op om iemand anders te redden? Is ze ideologisch gemotiveerd? Ook over haar begeleiders’ motieven en achtergronden komen we niets te weten. Wat over blijft is de zeer gedetailleerd in beeld gebrachte voorbereiding, en de zenuwslopende tocht naar de gedoemde plek. Dat op het moment suprème het ontstekingsmechanisme niet werkt lijkt een zwaktebod, alsof de regisseur niet wist hoe ze een eind aan de film moest maken. Maar wat nog volgt blijft spannend. Met een iets spannendere actrice was de film nog beter geworden.

***

 

DIXIE CHICKS: SHUT UP AND SING, Barbara Kopple & Cecilia Peck, Verenigde Staten 2006, 99 min., A-Film

 

Heerlijke docu over countrytrio Dixie Chicks, al jaren de best verkopende muziekact in de VS. Totdat leadzangeres Natalie Maines, vlak voordat de VS Irak binnenvallen, tijdens een concert dat opgenomen wordt zegt zich te schamen dat ze uit dezelfde staat Texas komt als de president. Gevolg: openbare cd-verbrandingen, radioboycots, instortende platenverkoop. Maar het zijn meiden met ballen en gevoel voor humor, en ze besluiten zich niet meer zo exclusief op het redneckcountrypubliek te richten.

***½

 

DOES IT HURT? THE FIRST BALKAN DOGMA , zie: BOLI LI? PRVTA BALKANSKA DOGMA

 

EINST SÜßE HEIMAT, Gerald Igor Hauzenberger, Oostenrijk 2007, 75 min.

 

Het is mij een raadsel waarom deze film zo hoog eindigde in de Publieksenquête. De film gaat over uitstervende groepjes Volksduitsers in Transsylvanië. Heel summier slechts wordt de geschiedenis van hun komst naar deze streek beschreven, de film is eigenlijk een dubbelportret: van een Saksische man en een Landlerische (uit Habsburgs Oostenrijk gevluchte protestanten) vrouw. De Saks laat met trots een foto van zichzelf in SS-uniform zien en houdt er ongegeneerd racistische ideeën op na. Waar een groep zigeunermeisjes bij staat vertelt hij, na zich er eerst van verzekerd te hebben dat ze Duits verstaan, hoe inferieur zigeuners zijn, er schalks aan toevoegend dat hij ze, hoe minderjarig ze ook zijn, wel neukt. De Landlerin daarentegen is een schat van een vrouw, die op haar 85e nog hard werkt in haar tuin, schoffelend, groentes verbouwend, handmatig druiven persend voor de wijn. Hilarisch is het moment wanneer ze bij haar grafsteen staat met de datums: 1919 – 19.. Ze had namelijk niet verwacht de 21e eeuw te halen en nu zit ze met een probleem.

**

 

HET ELFJE, Reza Tahami, Iran 2006, 5 min.

 

Zag deze film in een verzamelprogramma maar weet totaal niet meer waar ie over gaat. Heeft blijkbaar niet veel indruk gemaakt.

--

 

FALLEN, Barbara Albert, Oostenrijk 2006, 85 min.

 

Bij een begrafenis komen vier vriendinnen, dertigers nu, elkaar weer tegen, en ze brengen de rest van de dag samen door. Koel observerend kijkt Albert naar haar eigen generatie en de gefnuikte toekomstdromen. Heel langzaam ontvouwt ze hun levens, verdriet en frustraties. Was meer onder de indruk van NORDRAND en BÖSE ZELLEN.

**½

 

LE FIL DES COUPS, Benoît Tételin, Frankrijk 2006, 17 min.

 

Short over vrouw die bij de kindertelefoon werkt, en haar getroebleerde relatie met haar moeder, en met verschillende minnaars. De film is opgenomen in zeer koel blauw en grofkorrelig alsof het om een opgeblazen 16mm gaat, maar de film werd digitaal vertoond. Waar het heenging met vrouw en film kan ik me niet meer herinneren, hetgeen genoeg zegt.

 

LA FINE DEL MARE, Nora Hoppe, Duitsland/ Italië/ Frankrijk 2007, 108 min.

 

In Triëst woont de gevluchte Serviër Todor, die leeft van de smokkel. Op een dag zit er een grote kist bij zijn waren. Daarin blijkt een vrouw te zitten. Met tegenzin gaat hij de vrouw verzorgen en beschermt haar tegen de mensensmokkelaars. Zijn blinde Italiaanse vriend is daarbij van grote hulp. Rustig opgebouwde, zelfs trage film over vertrouwen, vriendschap en langzaam opbloeiende liefde, met een uitstekende hoofdrol voor Miki Manojlovic (die we nog kennen uit UNDERGROUND). Dat het tragisch afloopt hoeft geen betoog, we leven niet in sprookjesland, of Hollywood.

***

 

GUE-MOOL (THE HOST), Bong Joon-Ho, Zuid-Korea 2006, 119 min., A-Film

 

Amerika krijgt er flink van langs in deze Koreaanse horrorkomedie over een gemuteerd monster in de Han-rivier. De film is spannend, niet alleen boertig maar ook echt grappig, heeft vaart en weet op momenten zelfs te ontroeren, op een volstrekt onsentimentele manier. Het verhaal gaat over de zoektocht van een familie naar een 10-jarig meisje dat in het begin door het monster wordt ontvoerd maar blijft leven. Wij leven de hele film met haar mee en bewonderen haar inventieve pogingen uit de klauwen van het monster te blijven. Bong speelt het klaar om haar met het oog op de finish te laten omkomen. Zoiets zie je niet in Hollywood, en je moet toch wat wegslikken.

Prima amusement, met o.a. Bae Doo-na.

***

 

A GUIDE TO RECOGNIZING YOUR SAINTS, Dito Montiel, Verenigde Staten 2006, 98 min., Paradiso

 

Het autobiografische leven van regisseur Montiel in Queens, NY, in de jaren tachtig. Als succesvol schrijver keert hij anno nu, wanneer zijn vader ernstig ziek is, terug naar huis, waar hij 15 jaar niet meer geweest is. Het grootste deel van de film behandelt de aanloop naar de gebeurtenis die tot de breuk met zijn vader leidt. Rauw, gewelddadig, vet, met prachtige spel van Chazz Palminteri en Dianne Wiest als de ouders. Robert Downey jr is groots als altijd; Rosario Dawson heeft 1 grandioze scène maar komt veel te weinig in beeld.

***½

 

HANA YORI MO NAHO, Kore-Eda Hirokazu, Japan 2006, 127 min.

 

Samurai moet de moord op zijn vader wreken maar geeft liever les aan kinderen. Ook blijkt de moordenaar intussen een vreedzaam leven te leiden met weduwe en kind, en heeft hijzelf ook een oogje op een weduwe met kind. Kabbelt wat door en mist elke vorm van noodzaak. Haalt het in de verste verte niet van zijn vorige films als NOBODY KNOWS en AFTER LIFE.

**½

 

HEI YAN QUAN (I DON’T WANT TO SLEEP ALONE), Tsai Ming-liang, Taiwan/ Franrkijk/ Oostenrijk 2006, 115 min., Filmmuseum

​

Ik zag nogal op tegen de film, omdat deze gepland stond als allerlaatste van het festival, dus op zaterdagavond om 22.30 uur. Nu ben ik een groot liefhebber van de films van Tsai, maar na meer dan een week de hele dag intensief film kijken eindigen in zijn trage stijl, ik was bang de aandacht er niet bij te kunnen houden. Die angst was echter totaal ongegrond, mijn concentratie verslapte geen moment, en dat beschouw ik als een groot compliment voor de film. Hoe zou ik de film gewaardeerd hebben wanneer bekeken met de frisse hongerige blik van het begin van het festival?

De film gaat over een Chinese man die in Maleisië in elkaar geslagen wordt door een groepje zwendelaars. Hij wordt opgevangen en verzorgd door een man die verliefd op hem wordt. Daarnaast zien we twee vrouwen die een man in coma verzorgen. (Omdat beide zieke mannen gespeeld worden door Tsais vaste acteur Lee Kang-sheng was ik wel in de war, omdat ik dacht dat het om hetzelfde personage ging en dus beide episodes in een chronologisch andere periode plaatste, terwijl het verschillende personages waren en beide verhaallijnen tegelijkertijd speelden.) De jongste van de vrouwen ziet ook wel wat in gewonde man nummer 1 en vice versa, dus gedoe. Tsai heeft het gevoel voor humor terug dat hij in GOODBYE DRAGON INN en THE HOLE al liet zien te hebben en dat in THE WAYWARD CLOUD toch ontbrak. Het publiek was echter er totaal niet op voorbereid welk soort film men ging zien: de man voor me keek vooral naar zijn vrouw om bevestigd te krijgen dat wat op het scherm gebeurde toch wel erg raar was allemaal.

****

 

HEREMAKONO, Abderrahmane Sissako, Frankrijk/ Mauritanië 2002, 96 min., IFFR/ Filmmuseum

 

In een kustplaatsje in Mauritanië wacht een jongeman om naar Europa te vertrekken. Hij wacht op geluk, spreekt de lokale taal niet en past zich niet aan aan de plaatselijke gewoontes. Ook zien we een elektricien en zijn jonge leerling, een meisje dat zangles krijgt (wat een stem heeft dat kind!). Sissako weet de lamlendigheid van het wachten heel invoelbaar te maken. Had de film de avond voordat ik naar het Filmfestival ging ‘als voorproefje’ thuis op video gekeken, maar wilde hem alsnog op groot scherm zien. Het viel me op (maar niet heus) hoeveel aan me was voorbijgegaan op tv.

***½

 

THE HOST , zie: GUE-MOOL

 

HOW IS YOUR FISH TODAY?, zie: JIN TIAN DE YU ZE ME YANG?

 

I DON’T WANT TO SLEEP ALONE , zie: HEI YAN QUAN

 

INTERNET, Reza Haeri, Iran 2006, 26 min.

 

Docu over het gebruik van internet in Iran en hoe de staatscensuur te omzeilen. Het waardevolle van de film is dat deze eens te meer bewijst dat er in dit land een levendige ondergrondse cultuur bestaat, die op een gegeven moment hevig gaat botsen met het regime. Dat moet dan wel uitlopen op een gewelddadige confrontatie of een heroriëntatie van het land. Laten we hopen op het laatste, de signalen wijzen al zo lang die richting op.

**

 

L’INTOUCHABLE, Benoît Jacquot, Frankrijk 2006, 82 min.

 

Op haar verjaardag krijgt een jonge actrice eindelijk te horen wie haar vader is: een onaanraakbare Indiër, die haar hippiemoeder ontmoette toen ze in India was. Resoluut laat de vrouw de voorbereidingen van een Brechtstuk in de steek om snel geld te verdienen met porno om de reis naar India te kunnen ondernemen. Jacquot houdt zich aan zijn vaste thema van jonge vrouw op zoek naar zichzelf, en net als in zijn vorige film À TOUT DE SUITE speelt een uitstekende Isild Le Besco de hoofdrol. Le Besco heeft een bijzonder soort etherische schoonheid; anderen vinden haar vreemde gelaat wellicht juist erg lelijk.

***½

 

JARDINS EN AUTOMNE, Otar Iosseliani, Frankrijk/ Italië/ Rusland 2006, 117 min.

 

Iosseliani flikt het hem weer: elke scène is schijnbaar achteloos maar o zo precies, altijd voorzien van enkele onderhuidse en enkele directe grappen, en geniaal. Hoewel de film voor wie zijn eerdere werk kent qua opzet niet verrassend is, blijft hij wel verrassend in al zijn vondsten, ensceneringen en grappen. Natuurlijk is de boodschap van de meester, op wie de contradictio in terminis ‘goedaardige cynicus’ van toepassing blijft: het leven draait om gezelschap, roken en drinken. Briljante film die echter nog geen distributeur heeft gevonden; dat is toch niet mogelijk?

**** (Tejo)

 

JIN TIAN DE YU ZE ME YANG? (HOW IS YOUR FISH TODAY?), Guo Xiaolu, China/ Verenigd Koninkrijk 2006, 83 min.

 

Na een half uur was de constante voice over me zo gaan tegenstaan dat ik weg ben gegaan. Het kan ook te maken hebben met mijn slechte fysieke toestand, ook wel bekend als kater.

- -

 

KINSHASA PALACE, Zeka Laplaine, Congo/ Frankrijk 2006, 73 min.

 

Regisseur gaat op zoek naar zijn broer die vrouw en kinderen verliet met de boodschap “Ik heb lucht nodig” en nooit meer iets van zich liet horen. Zijn zoektocht leidt naar Lissabon, waar hun vader woont, naar Congo, waar hun moeder woont, naar België, Frankrijk en zelfs Cambodja, waar de broer gesignaleerd is. Docu die inzicht geeft in door (de)kolonisatie zeer ingewikkeld geworden familieverhoudingen en een mooi portret schetst van deze familie. De broer wordt niet gevonden en langzaam groeit Zeka Laplaine in vaderrol voor zijn neefje en nichtjes. Wel blijven zij en wij achter met de vraag waarom hij in godsnaam zulke schatten van kinderen verlaten heeft.

***

 

DAS LEBEN DER ANDEREN, Florian Henckel von Donnersmarck, Duitsland 2006, 137 min., Cinemien

 

Zeer sterke psychologische thriller over een recht-in-de-leer Stasi-agent die verdachte toneelschrijver moet bespioneren, aan den lijve de corruptie binnen de staat ondervindt en ook sympathie begint te krijgen voor zijn onderzoekssubject. Strakke regie, doordacht en doorvoeld scenario en zeer goede acteerprestaties. Met een prachtig tragische Martina Gedeck, en ik snap nu ook wat Carice van Houten ziet in Sebastian Koch.

****

 

M, Hiroki Ryuichi, Japan 2006, 110 min.

 

Afgelopen jaren behoorden zijn films VIBRATOR en IT’S ONLY TALK tot de topfilms van het festival, dus ik verheugde me erg op meer van dat. Viel dat effe tegen. Over een vrouw met man en zoon, die de leegte in haar bestaan wil opvullen door de hoer te spelen. Ze komt in handen van een yakuzapooier, en haar foto’s belanden op het internet, die haar man door toedoen van een collega onder ogen krijgt. Vreemd genoeg doet hij niets met die informatie. Hij confronteert er niet eens zijn vrouw mee. Haar door haar geobsedeerde postbode heeft vroeger zijn vader die zijn moeder mishandelde vermoord. Na die daad koos haar moeder de kant van zijn vader. Nu wreekt hij zich door met een vriendengroepje zijn moeder te verkrachten. Hij besluit de pooier van de vrouw te vermoorden. Wat volgt is te belachelijk en pathetisch voor woorden.

*

 

MISCHIEF NIGHT, Penny Woolcock, Verenigd Koninkrijk 2006, 93 min.

 

Komedie die zich afspeelt in een volkswijk in Leeds, waar Pakistanen en witte Engelsen met en naast elkaar moeten leven. Hoewel soms onverstaanbaar (iedereen praat plat-Leeds, al dan niet met paki-accent) is het de grappigste film van het festival, waarin niets en niemand wordt gespaard en met de nodige zelfspot harde culturele noten gekraakt worden. Niks geen lange tenen en voorzichtig politiek-correct zijn. Ofwel: hoe moet je nou met een burqa op straat een ijsje eten?

***½

 

NUE-PROPRIÉTÉ, Joachim Lafosse, België/ Frankrijk 2006, 105 min., A-Film

 

Ergens in Wallonië woont de gescheiden Isabelle Huppert met haar zoons, real life broers Jérémy en Yannick Renier. Om een nieuw leven op te bouwen wil zij het huis verkopen, maar dat stuit op groot verzet van de wel heel erg recalcitrante Jérémy, die op de achtergrond gemanipuleerd wordt door zijn vader. De situatie ontspoort. Net als vorig jaar met FOLIE PRIVÉE schetst Lafosse de explosiviteit van te knellende familiebanden, van niet los kunnen laten. Hij is wat uitgebalanceerder nu, maar dat mag vooral op het conto van de bekende en uitstekende cast geschreven worden. Overigens doet FOLIE PRIVÉE-hoofdrolspeler Kris Cuppens ook mee, als de nieuwe vriend van Huppert.

****

 

NUOVOMONDO, Emanuele Crialese, Italië/ Frankrijk 2006, 112 min., A-Film

 

Film met epische allure over arme Siciliaanse familie die begin 20e eeuw haar geluk gaat beproeven in Amerika. De film eindigt met de toelatingsprocedures op Ellis Island, en roept onmiddellijk associaties op met de huidige vluchtelingenproblematiek. Prachtige film die in het begin doet denken aan KAOS, een beetje te gelikt misschien, maar met het shot van het festival: je ziet een massa mensen van bovenaf gefilmd, en langzaam splitst die massa in tweeën. De helft blijkt op een vertrekkende boot te staan, de andere helft op de kade. En dan tijdens de eindcredits Sinnerman van Nina Simone helemaal laten horen, dan kan zo’n film niet meer stuk.

***½

 

OCTOBRE, Abderrahmane Sissako, Frankrijk/ Mauretanië/ Rusland 1992, 36 min.

 

Zwart-wit van Sissako uit de tijd dat hij in Moskou op de filmacademie zat. Over een Russische vrouw die zwanger blijkt van een Afrikaan die in Moskou woont, en de reacties van de andere bewoners van het appartementencomplex op het gegeven dat er een zwarte man in hun gebouw rondloopt: ze bellen de politie. Ook bij deze vroege Sissako zie je zijn stijl al: rustig en observerend verteld, mooie stijlvolle plaatjes.

***

 

OFFSIDE, Jafar Panahi, Iran 2006, 93 min., A-Film

 

Het bekijken van een voetbalwedstrijd in een stadion is in Iran niet mogelijk voor vrouwen. Een paar meisjes probeert het toch, verkleed als jongen of zelfs als politieagent. Wanneer ze toch ontdekt worden worden ze vastgezet in het stadion. Ze proberen allerlei manieren uit om toch de wedstrijd te zien en werken de bewakers op hun gemoed. Een van de bewakers vertelt hun als volleerd radioverslaggever de voortgang van de wedstrijd. Na afloop rijden ze in een bus, op weg naar het politiebureau. Deze scène, eigenlijk de hele film, is een spiegel van (de soortgelijke scène uit) Panahi’s THE CIRCLE. Maar van de grimmige sfeer van die film is weinig over. Dit is een komedie, en alle bewakers zijn in deze film humaan als de agent in de bus die in THE CIRCLE de vrouw een sigaret aanbiedt. Gaat het inmiddels zo goed met de positie van de vrouw in Iran? Hoopvol stemmende heerlijke en humoristische film waarin op ouwerwets Iraanse wijze docu en fictie door elkaar lopen.

***½

 

PRINCESS, Anders Morgenthaler, Denemarken 2006, 80 min., Filmfreak

 

Animatie over priester die zijn zus wreekt, die onder de naam Pincess werkte in de porno. Ook neemt hij haar 5-jarige dochter, die seksueel is misbruikt, onder zijn hoede. Zeer ranzige wraakfilm, met als absolute dieptepunt de scène waarin het kleine meisje met een koevoet het kruis van haar verkrachter aan gort slaat. Het enige positieve dat erover gezegd kan worden zijn de homevideofragmenten, die met echte acteurs zijn opgenomen. Voor de rest walgelijk.

½

 

ROCK ’N’ ROLL NEVER DIES, Juha Koiranen, Finland 2006, 131 min.

 

Meer dan 2 uur zoveel lulligheid dat zelfs Jiskefet zich ervoor zou schamen. Na een kwartier heb je het eigenlijk gezien en ken je het kunstje wel, maar het blijft maar doorgaan, deze klucht over een dertiger die in zijn puberteit is blijven hangen en een goedheid uitstraalt waar je niet goed van wordt. Die ode aan het eten dat zijn moeder altijd klaarmaakt is wel aardig en doet wat denken aan de songs van de legendarische Texaanse avantgardeband The Red Krayola, die echter hun naïviteit paarden aan genialiteit. Een sterretje voor die song en eentje voor mijn verwarring van het eerste kwartier, toen ik dacht dat de hoofdrolspeler gewoon totaal miscast was en moest doorgaan voor een echte puber, en ik me afvroeg hoe de makers dachten hiermee weg te kunnen komen.

**

 

ROSTOV LUANDA, Abderrahmane Sissako, Angola/ Mauritanië 1997, 59 min.

 

Toen Sissako in Moskou op de filmacademie zat ontmoette hij de Angolese vrijheidsstrijder Baribanga. Zestien jaar later reist hij naar Angola met een foto van hem om te achterhalen wat er van hem geworden is. We komen op deze manier veel te weten over Angola en diens uitzonderlijke positie: het werd in 1975 als laatste land in Afrika onafhankelijk en vertegenwoordigde nieuwe hoop voor het continent, de verwachting van een doorstart zouden we tegenwoordig zeggen. En omdat de Portugezen tot de armsten van Europa behoorden beschouwden zij de Angolezen als gelijken, in tegenstelling tot de zich superieur voelende Franse, Belgische en Engelse kolonisators, zodat veel Portugezen na de onafhankelijkheid bleven en zich vaker dan andere Europeanen vermengden met de Angolezen. Over Baribanga echter worden wij noch Sissako iets wijzer.

**½

 

 

ROUND 205, Hamed Khosravi, Iran 2006, 20 min.

 

Experimenteel verwarrende docu over een bokser die ter dood is veroordeeld omdat hij iemand heeft vermoord. Of was die vermoorde man nou de bokser?

*

 

SABRIYA, Abderrahmane Sissako, Tunesië 1997, 26 min.

 

Het rustig voortkabbelende leven van twee vrienden in een dorpje aan de rand van de woestijn. Ze spelen het liefst schaak in een kroegje, maar die bezigheid wordt danig verstoord wanneer een jonge en wulpse vrouw in het dorp arriveert. Zij is daar opgegroeid en lange tijd weggeweest. Mooi poëtisch, erotisch en sfeervol. Deze film is gemaakt in het kader van de tv-serie Africa Dreaming, van filmmakers verspreid over het continent.

***

​

SANG SATTAWAT (SYNDROMES AND A CENTURY), Apichatpong Weerasethakul, Thailand/ Frankrijk/ Oostenrijk 2006, 105 min.

 

Wanneer ergens halverwege de film dezelfde situaties en dialogen, die een iets andere wending nemen, herhaald worden, denk je meteen, met TROPICAL MALADY in je achterhoofd: aha, nu wordt het allemaal totaal anders. De locatie wordt anders, maar blijft een ziekenhuis. Zakelijker en moderner nu, vergeleken met de ongedwongen ons-kent-ons sfeer van het begin, waar de volgende patiënt zit te wachten in dezelfde ruimte waar op dat moment iemand anders behandeld wordt. De film is op momenten heel erg grappig, maar ik bleef toch achter met een onbestemd gevoel, want waar gaat de film nou heen? Niettemin plezierig om naar te kijken.

***

 

​

SHAERE ZOBALE-HA (SCREAM OF THE ANTS), Mohsen Makhmalbaf, India/ Frankrijk 2006, 89 min.

 

Al bij de eerste film die ik dit festival zie het gevoel: film is beeld, film is ondergaan, daar horen geen woorden bij; weerzin om met taal te beschrijven. Als ik dit jaar maar de woorden vind… Iraans echtpaar trekt naar India op zoek naar de Perfecte Man, bij wie de vrouw spirituele raad hoopt te vinden. Makhmalbaf schetst aan de hand van diverse ontmoetingen de worsteling tussen de spirituele weg, de weg der verlokkingen en de weg van maatschappelijke betrokkenheid (respectievelijk hart, onderbuik, hoofd). Zeer herkenbaar dus. Hij doet dat met veel humor en een nuchtere benadering en vaak adembenemende ensceneringen. Ik moest wel erg lachen toen de Duitse oude hippie een (deel van de) tekst declameerde die lang geleden rond ging:

A Short Guide to Comparing Religions:

Taoism:                       Shit happens

Buddhism:                  If shit happens, it's not really shit

Islam:                          If shit happens, it's the will of Allah

Protestantism:             Shit happens because you don't work hard enough

Judaism:                     Why does this shit always happen to us?

Hinduism:                   This shit happened before

Catholicism:               After shit has happened, make sure you wash your hands

Orthodoxism:             Shit happens because you're bad

Hare krishna:              Shit happens rama rama

T.V. evangelism:        Send more shit

Atheism:                     No shit

Jehovah's witness:      Knock, knock shit happens

Hedonism:                  There's nothing like a good shit happening

Christian science:       Shit happens in your mind

Agnosticism:              Maybe shit happens, maybe it doesn't

Existentialism:            What is shit anyway?

Stoicism:                     This shit doesn't bother me

Rastafarianism:           Let's smoke this shit

***½

 

SI LE VENT SOULÈVE LES SABLES, Marion Hänsel, België 2006, 96 min.

 

Onderwijzer Rahne en zijn vrouw Mouna (de prachtige Rwandese actrice Carole Karemera) wonen in een dorpje in de Sahara. Met hun kinderen, buren en al het vee verlaten ze het dorp op zoek naar waterbronnen. Hun wacht een tocht vol ontberingen, verschrikkingen, geweld, vijandigheid en verlies. Je gaat echter al heel snel van deze mensen houden en lijdt met hen mee. Hartverscheurend mooi, bijna onverdaaglijk. Als je dan bedenkt dat in de werkelijkheid elke dag talloze Afrikanen ditzelfde moeten ondergaan breekt je hart. Slechts Rahne en zijn dochtertje, een kameel en een buurman overleven.

Deze film MOET een Nederlandse distributie krijgen!

*****

 

SILENCE IS GOLDEN, Chris Shepherd, Verenigd Koninkrijk 2006, 14 min.

 

Korte film over jongen in volksbuurt ergens in Engeland en een buurman die psychisch in de war is en voortdurend met zijn hoofd tegen de scheidingsmuur bonkt. Wanneer een zigeunerin een vloek uitspreekt over de moeder van het joch is het helemaal met de rust gedaan. Gedeeltelijk geanimeerd met erg harde, cynische humor.

**½

 

SOUNDS OF SAND, zie: SI LE VENT SOULÈVE LES SABLES

 

SUMMER PALACE, zie: YIHE YUAN

 

SYNDROMES AND A CENTURY, zie: SANG SATTAWAT

 

TEHRAN HAS NO MORE POMEGRANATES, Massoud Bakhshi, Iran 2006, 67 min.

 

De geschiedenis van Teheran als satirische documentaire. De historische opnames zijn erg boeiend, en soms is de voice over informatief, op andere momenten vol zelfspot en zeer kritisch, maar na een poos heb ik het wel gehad met de consequent volgehouden ironische toon: “In Teheran is 94% van de bevolking dichter; de andere 6% maakt films.”

**½

 

TEN CANOES, Rolf de Heer, Australië 2006, 92 min., Cinemien

 

In een Aboriginalgemeenschap is een jongeman verliefd op de jongste vrouw van zijn broer. De film heeft 3 lagen: het heden, het mythische verleden waarin een soortgelijke geschiedenis speelt, en een vertellende voice over. Hoewel alle lagen hun functie hebben (continuïteit van de geschiedenis, terugbrengen van individuele geschiedenissen tot archetypische blauwdrukken, uitleg van gewoontes en overtuigingen van een voor de kijker onbekende cultuur), hield de constructie me net iets teveel uit het verhaal, en had ik het gevoel naar een antropologische studie op National Geographic te kijken in plaats van naar een speelfilm, en vraag ik me af of de film niet sterker zou zijn als geconcentreerd was op alleen het mythische verhaal. Niettemin een zeer geslaagde film met de quote van het festival: “Never trust a man who hides his prick.”

***½

 

TRANSE, Teresa Villaverde, Portugal/ Rusland/ Frankrijk/ Italië 2006, 126 min.

 

Russische vrouw gaat illegaal in Duitsland in een garage werken. Dat blijkt een dekmantel te zijn voor een vrouwenhandelorganisatie. Ze wordt naar Italië gebracht, waar ze in een bordeel terechtkomt, en daarna verkocht aan een adellijke man als cadeau voor zijn gestoorde zoon. Later komt ze ook terecht in een container waar ze het met honden moet doen. Somber en zwaar, heftig. De film kent wel enkele stijlbreuken die afbreuk doen. Je hebt het abstracte, poëtische begin en einde, vervolgens een strak en to the point deel dat documentair aandoet, om in een felliniaanse groteske te verzanden. Toch een sterke film met geweldige acteerprestatie van Ana Moreiro (die we ook al in Villaverdes vorige film OS MUTANTES zagen) en prachtige beelden.

***½

 

LA VIE SUR TERRE, Abderrahmane Sissako, Frankrijk/ Mauritanië 1998, 61 min.

 

Observatie van het dorpsleven in Mali op het moment van de millenniumwisseling. Die overigens zo goed als ongemerkt voorbijgaat. Droogkomische vertelling over man (Sissako zelf) die met grote hoed op wat rondfietst en cirkelt rond het mooiste dorpsmeisje; de vergeefse pogingen om telefonisch contact te krijgen met andere dorpen en steden; provisorische radio-uitzendingen waarin de literatuur van Aimé Césaire besproken wordt. De film doet je verlangen naar het eenvoudige leven dat, met zijn beperkingen en tekortkomingen, zoveel aangenamer lijkt dan het jachtige van techniek afhankelijke West-Europese leven.

***½

 

WWW – WHAT A WONDERFUL WORLD, Faouzi Bensaïdi, Frankrijk/ Marokko/ Duitsland 2006, 99 min., Filmmuseum

 

Al bij de begincredits weet je dat dit een hybride pastiche op allerlei genres is. Je waant je namelijk in een hippe Amerikaanse film uit de jaren zestig. Het verhaal draait om twee personen: een verkeerspolitieagente die haar mobieltje verhuurt aan mensen die er geen hebben, en een huurmoordenaar. Natuurlijk draaien die twee voortdurend om elkaar heen. Het is een leuke komedie geworden, maar mist de poëtische kracht en noodzaak van Benzaïdi’s vorige film MILLE MOIS. Lekkere tussendoortjes moeten echter ook gemaakt worden.

**½

 

YIHE YUAN (SUMMER PALACE), Lou Ye, China/ Frankrijk 2006, 140 min., Cinemien

 

Tegen de achtergrond van de recente geschiedenis van China, met de studentenrevolte in ’89 als scharnier, vertelt Lou Ye een autobiografisch liefdesverhaal, in de trant van ‘Niet met en niet zonder de ander kunnen leven’. Op veel momenten sterk en ontroerend maar in elk geval veel te lang en zonder focus. Lou’s drang naar volledigheid wat de chronologie van de geschiedenis aangaat brengt de film uit balans en de erbij gekozen scènes uit het leven van de protagonisten lijken dan meer inkleuring. Wel met een hartverscheurend slot. SUZHOU RIVER is echter op alle punten sterker.

***

 

ZERO DEGREE, Omid Khoshnazar, Iran 2005, 8 min.

 

Animatie waarin gespeeld wordt met de kaders, een beetje zoals VENT van Erik van Schaaik, maar nu met een man die een ander vermoordt en het kader niet kan doorbreken, niet kan vluchten, uiteindelijk erdoor de afgrond in wordt gedreven. Interessante achterliggende gedachte, redelijk uitgevoerd, maar net iets te lang.

**

​

​

​

​

​

​

bottom of page